Diversen
2024

Jasper Kaan: Tai Soen

Markante Utrechters over hun favoriete locatie in de stad. Deze maand chef-kok Jasper Kaan van De Klub over Chinees restaurant Tai Soen in Hoog Catharijne.

Tai Soen dus?
‘Het is een te gekke plek waar ik vroeger al met mijn dochter –inmiddels 16 jaar– kwam om op woensdagmiddagen samen te dimsummen. Heel gezellig en ook erg lekker. En nog altijd eet ik hier graag, ook met het personeel van De Klub, aan zo’n grote ronde tafel. Hoewel mijn culinaire basis Frans-Italiaans is, doe ik er veel inspiratie op. Zo heb ik de oester met zwartebonensaus en een gestoomd broodje gevuld met varkensvlees eens gecombineerd voor een eigen tussen­gerecht, dat ik misschien weer eens op de kaart zet.’

Grootste afknapper?
‘Ik voel me een beetje een ouwe lul om erover te zeuren, maar vind dat Utrecht pakweg de laatste twaalf jaar erg is veranderd. Veel drukker, met meer daklozen en bedelaars op straat, en ook heeft de stad wel wat van haar eigenheid verloren. Sinds mei van dit jaar zitten we aan het Vredenburg, met om ons heen allemaal ketens. Hiervoor was De Klub buiten het centrum gevestigd, aan het Europa­plein. Onze nieuwe locatie is zakelijk gezien veel beter: ook op dinsdagen zitten we nu vol. Er zijn dus zowel voor- als nadelen, maar toch moet ik nog wennen.’

Hoewel mijn culinaire basis Frans-Italiaans is, doe ik er veel inspiratie op.

Guilty pleasure?
‘Toch wel een broodje halfom bij Broodje van Martin in de Willemstraat. Martin en zijn vrouw Ria zijn beroemde Utrechters en schatten van mensen, die nog zelf de eieren pellen en de gehaktballen maken, waarvan ze er wekelijks vierhonderd verkopen. Een broodje halfom is – vrees ik – een van origine Amsterdamse klassieker met lever en pekelvlees. Veel mensen vinden het verschrikkelijk, maar aan mij is die volle smaak van orgaanvlees wel besteed. Ik zet het ook op de kaart, maar met mate. Je kookt voor de mensen om ze blij te maken, en de meesten houden er niet van.’

Mooiste herinnering?
‘Twintig jaar geleden werkte ik voor het eerst als zelfstandig kok in restaurant 030 aan de Voorstraat, dat nu niet meer bestaat. Het was mijn eerste baan na mijn opleiding. Daarvoor had ik stagegelopen bij Amsterdamse sterrententen zoals Vermeer. Op zich fantastisch, maar vaak zat ik in de trein naar huis te huilen, omdat ik zulke lange dagen moest maken en verrot werd gescholden. In 030 werkten we met een jong en gedreven team en was het lekker knallen. En dan na afloop samen stappen: de rock-‘n-roll-jaren.’

Tot tranen geroerd?
‘Door de film De Terugreis met acteurs Leny Breederveld en Martin van Waardenberg. Het gaat over een ouder echtpaar, van wie de vrouw beginnende dementie heeft. Herkenbaar, want ik heb ouders en schoon­ouders op leeftijd, en mijn schoonmoeder lijdt ook aan dementie. In de film ergert de man zich wel aan de vrouw, die haar grip op de werkelijkheid verliest, maar hij speelt het spel ook mee. Bijvoorbeeld wanneer ze angstig in bed ligt omdat er vijf mensen in de kast zouden zitten. Hij jaagt die denkbeeldige figuren dan voor haar weg. Die scène raakte me.’

Inspirerende Utrechter?
‘Jac Rijks van restobar Rosie aan het Lucasbolwerk! De gedrevenheid en puur­heid waarmee hij kookt, doen niet veel mensen hem na. Maar hij is heel bescheiden: als ik hem daarmee complimenteer, loopt ’ie altijd weg. Jac, die tien jaar ouder is dan ik, heeft meerdere restaurants gehad in Utrecht – Amberes en L’ami Jac – en heeft met het populaire Rosie zowel een stap terug als naar voren gedaan. Minder high-end, een kleinere setting en een lossere sfeer, maar zijn verrassende manier van koken is hetzelfde gebleven. Die ga ik niet nadoen, maar ik krijg er wel inspiratie van.’

Elke week weten wat er speelt?

Meld je aan voor de Uitmail, Kidsmail of Festivalmail.

Aanmelden voor de nieuwsbrief