Hoe ziet de stad eruit in tijden van corona? Fotograaf Annelien Nijland legt het dagelijkse anderhalve meter-leven vast. Deel 1: Lombok. foto: Annelien NijlandHet familiebedrijf bestaat al 83 jaar en is een trekpleister voor veel echte Utrechters: paardenslager Van Beek in de Kanaalstraat. Als de warme paardenworst uit de ketel wordt gehaald, is het er altijd dringen geblazen. Een schril contrast met nu: de gesloten winkel staat er verlaten bij, achter het raam een krijtbord met excuus en een sterktewens voor de trouwe klanten. Ook veel andere winkeltjes in de anders zo bedrijvige straten van Lombok zijn dicht. De Marokkaanse kapsalon, het Surinaamse reisbureau, de Turkse juwelier, het Afghaanse specialiteitenzaakje. De moskee is buiten bedrijf, al wordt er nog wel meermalen per dag tot gebed opgeroepen. Bij de Halal To Go en Bidoe Chicken staan mensen buiten in de rij te wachten en de Iraanse supermarkt stelt royaal wegwerphandschoenen beschikbaar. Om het publiek te ontmoedigen heeft Lombok Fish z’n meubilair opgestapeld in een hoek, met afzetlint eromheen. Vis bestellen mag, het ter plekke opeten niet. Op alle deuren in de winkelstraat hangen stencils en postertjes met het verzoek elkaar de ruimte geven en de verblijfsduur te beperken. ‘Te druk voor 1,5 m afstand? Kom later terug,’ meldt een lichtbord langs de kant van de weg. Emir werkt bij de Turkse supermarkt Bendi in de Damstraat. Zijn latex handschoenen moet hij om de twee uur vervangen van de baas. Een van zijn taken is het ontsmetten van de winkelwagens – met een spuitflacon en een doekje maakt hij de duwstangen schoon. De mensen die boodschappen komen doen, waarderen het zeer. Als ze willen, spuit hij ook wat desinfecteerspray op hun handen. Gepubliceerd op 4 april 2020