Van videomapping in het nijntje museum en projecties op iconische gebouwen tot shows voor Kensington en DI-RECT: al vijftien jaar creëert het Utrechtse Mr.Beam spraakmakende lichtwerken. Medeoprichter Mo Assem: ‘Ik wil de toeschouwer meenemen op avontuur.’ Het idee voor zijn designstudio Mr.Beam bedacht Mo Assem samen met vriend Bucko Arends tijdens zijn opleiding Image & Media Technology aan de HKU. ‘We wilden in het geheim her en der lichtkunstwerken lanceren en de naam moest iets mysterieus hebben, een beetje zoals bij Banksy,’ vertelt Mo. Nu, vijftien jaar later, is Mr.Beam uitgegroeid tot een volwaardig ‘innovatielab slash kunstcollectief’ met zeventien werknemers. Ze maken enorme lichtprojecties voor gebouwen, musea, voorstellingen, concerten en festivals. Hoe is Mr.Beam ontstaan? ‘Tijdens mijn opleiding leerde ik om me breed te oriënteren op het gebied van bewegend beeld en animatie. Het was rond 2008, er was een economische crisis, en de cultuursector kreeg een grote klap. Als kunststudenten moesten we dus nadenken over hoe ons te onderscheiden. Wilde ik wel een afstudeerfilm maken, net als iedereen? Tegelijkertijd waren het technologisch gezien heel innovatieve jaren, met de opkomst van spiegelreflexcamera’s, YouTube en de iPhone. Er ontstond ruimte voor experimenten. Samen met Bucko en een aantal studiegenoten kreeg ik de opdracht om een videokunstwerk te maken voor de openbare ruimte. We bedachten een werk voor de Utrechtse lichtroute Trajectum Lumen, waarin we gebruikmaakten van een beamer. Ik realiseerde me dat ik daarmee veel vrijer kon denken dan ons altijd voorgeschreven was – buiten het vierkante beeldscherm.’ Was het spannend om buiten die kaders te treden? ‘Ja, het vinden van deze lichttechniek was voor ons de oplossing, maar we moesten alles zelf uitvogelen. Tutorials voor videomapping en lichtinstallaties zoals wij die wilden maken, waren er niet. Maar we konden lekker veel experimenteren en dat voelde bevrijdend. En doordat we anders en vernieuwend waren, vielen we op. Door projectoren in mijn oude studentenkamer met wit meubilair te zetten, zagen we dat het technisch mogelijk was om de ruimte door licht te laten overnemen en die verschillende kleuren en patronen te geven. We plaatsten een video ervan op onze Tumblr-blog en die werd al snel opgepikt. We zaten in Japanse tv-shows en minidocumentaires over hedendaagse beeldtechnologie en stonden als sprekers op internationale festivals voor animatie- en mediatechnologie.’ Wat was jullie eerste opdracht? ‘Nog voor ons afstuderen kregen we een telefoontje van een reclamebureau uit New York voor Coca-Cola. We creëerden een ruimte die eruitzag als een tankstation en als mensen een colafles pakten uit de automaat, werden ze verrast door een lichtprojectie. Daarna mochten we de opening van de H&M in Amsterdam doen met een lichtshow op de Dam. Die periode was gaaf, maar omdat de techniek nog zo nieuw was, waren we nachtenlang bezig om de juiste vormen te vinden en animaties te maken. Best wel gekkenwerk, haha. Inmiddels is mijn rol veranderd van maker in bedenker, maar experimenteren doe ik nog steeds graag.’ Wat vind je daar zo leuk aan? ‘Ik vind het spannend om vanuit niets iets te maken, groots en theatraal te denken en mijn oplossingsvermogen om te zetten in creativiteit. Maar het allerplezierigste is het als ons werk wordt getoond aan het publiek. Zoals ons recente project STEM voor het lichtfestival in Gent, een interactieve lichtinstallatie van een bloem. Als je erin praat, groeit er een bloem op basis van jouw stemfrequentie. Je zou misschien verwachten dat mensen er als hooligans in lopen te schreeuwen, maar ze gaan er juist warm en positief mee om. Ze feliciteren elkaar of roepen: “Ik hou van je.” Ook was er een kindje dat via de bloem iets tegen haar overleden oma zei, en daarna keek of-ie tot de hemel zou groeien. Dat had ik nooit kunnen verzinnen.’ Voor Utrecht maakten jullie Kleur de Stad. ‘Dat bedachten we tijdens covid. Mensen konden thuis een kleurplaat maken van een Utrechts gebouw en die inzenden. Wij lieten ’m tot beweging komen op het gebouw zelf. Uit alle wijken van de stad deden mensen mee, jong en oud, met verschillende achtergronden. Mensen lieten weten dat het project ze blij maakte – en dat in een tijd dat velen het niet meer zagen zitten. Dat raakte me ontzettend, want het is die verbinding die me het gelukkigst maakt. Dat ik als beeldmaker een connectie met de toeschouwer kan aangaan en die voor even kan meenemen op avontuur. Heel fijn dus dat Kleur de Stad nu een traditie lijkt te worden.’ Wat wil je de komende tijd nog graag doen? ‘Ik wil op het gebied van nieuwe technologie blijven meebewegen. We zijn hooked aan het zoeken naar verbetering: hoe kunnen mensen en technologie elkaar versterken? Ik vind het ook spannend om verschillende disciplines zoals film, muziek opera en technologie, aan elkaar te koppelen. En als we de Domtoren ooit helemaal met licht kunnen inpakken, zou dat de kers op de taart zijn.’